Belle van Zuylen en het Moederschap
Belle van Zuylen (1740 - 1805)
Morgen is het 12 mei en kortom Moederdag! Een
dag waarop moeders even in het zonnetje worden gezet. Ook Belle van Zuylen, een
beroemde schrijfster uit de achttiende eeuw, schreef over moeders: ze kwamen voor in haar
romans en óók in haar privé-correspondentie.
Met haar
eigen moeder, Helena Jacoba van Tuyll van Serooskerken de Vicq, had zij een
goede relatie. Toch komen zelfs in de meest harmonieuze relaties ruzies voor. In
1764 aan schrijft zij aan haar goede vriend Constant
D’Hermenches: ‘Ik had net ruzie met mijn lieve moeder, en wel zo
hevig dat ik heb geweigerd om met haar mee te gaan naar de kerk.' Overigens
maakte zij zich niet zo druk over deze onenigheid, ruzie is namelijk ‘goed voor
de onderlinge vriendschap en het vertrouwen.’[i]
Door de
jaren heen werd Belle van Zuylen omringd door kinderen van haar familieleden en
kenniskring waar zij veel contact mee had. Zo kwam haar nicht en goede vriendin
mevrouw d’Athlone – die op Kasteel Amerongen woonde – haar in 1770 op Slot
Zuylen bezoeken. Belle schrijft hierover een liefelijk verslag aan haar broer:
‘[…] Mevrouw d’Athlone
was in mijn slaapkamer terwijl ik me aan het aankleden was, ze zat te handwerken
naast mijn bed, waar ze haar dochtertje had neergelegd, met mijn hond aan de
voeten van het kindje. Ik bewonderde het harmonieuze geheel, en vond er meer
moois in dan in de kamers in Amerongen of in nog grotere kastelen, waar ieder
kind een eigen wieg heeft, en waar een oppasser de honden en katten op afstand
houdt.’[ii]
Een jaar later trouwde zij met de Zwitser Charles-Emmanuel de Charrière. Het harmonieuze plaatje dat zij schetste aan haar broer werd voor haar geen realiteit. Na haar huwelijk gingen zij in een dorpje vlakbij Neuchâtel wonen. Ook hier was zij omringd door jonge moeders aan wie zij graag allerlei moederlijk adviezen gaf. ‘Zou het niet goed zijn om je kind over een maand van de borst af te halen?’, schrijft zij aan haar vriendin Caroline de Sandoz-Rollin. ‘Het is er een goed moment voor, het is warm, er zijn verse groenten en allerlei soorten kruiden. Je zou wat kunnen bijkomen door naar de baden in Spa te gaan, en bij mij op bezoek te komen.’[iii]
Ook de moeders in haar romans zijn soms fanatieke opvoedsters. Dat geldt minder voor de twee moeders in haar roman Mijnheer Sainte Anne. Hun kinderen zijn (jong)volwassen en hoofdpersonen in het verhaal; waarin de jonge man verliefd wordt op zijn nicht die niet kan lezen. Belle van Zuylen beschreef de moeders van de twee hoofdpersonen als volgt:
‘De twee moeders
hadden veel voor respectievelijk hun zoon en hun dochter over gehad, en thans
wilden zij zichzelf daar fors voor belonen. Zij bedienden zich daarbij van het
object van hun toewijding, en zij deden dat op een wijze die twijfel deed
rijzen: waren zij al die jaren eerder door egoïsme dan door tederheid gedreven?
Op zijn minst hadden zij altijd slechts op hun eigen wijze liefgehad, en hadden
zij bij het richting geven aan het lot van hun kinderen die zij zo beminden,
slechts rekening gehouden met hun eigen voorkeuren en wensen.’[iv]
Opvallend is dat de twee jongeren uiteindelijk zich niet
zo veel aantrekken en hun eigen plan trekken. Zoals de beroemde quote van Annie
M.G. Schmidt: ‘Doe nooit wat je moeder zegt, dan komt het allemaal terecht.’[v]
Alhoewel Belle van Zuylen zelf nooit moeder werd, was het moederschap een
onderwerp waarover zij correspondeerde en nadacht. Moeders verheerlijken of
bekritiseren zijn dus onderwerpen van alle tijden.
[i] Uit een brief van
Belle van Zuylen aan Constant D’Hermenches (28 oktober 1764). (Vertalingen
Suzan van Dijk)
[ii] Uit een brief van
Belle van Zuylen aan Diederik Jacob van Serooskerken (9 juli 1770). (Vertalingen
Suzan van Dijk)
[iii] Uit een brief van Isabelle
de Charrière aan Caroline de Sandoz-Rollin (8 juli 1794). (Vertalingen Suzan
van Dijk)
[iv] Belle van Zuylen, Mijnheer Sainte Anne (Vertaling (1993)
door Johanna Stouten van Sainte Anne
(1799).
Reacties
Een reactie posten